Laguiole en de Aubrac (90 min)

Laguiole is het middelpunt van het berggebied de Aubrac. Het is een ruige en dunbevolkte streek met extensieve veeteelt. In de winter is er sneeuwtourisme en in de zomer kan er prachtig gewandeld worden. Het is er altijd een paar graden koeler dan elders. Uit Laguiole komen de beroemde, gelijknamige zakmessen

Conques (75 min)

Door vanuit Marcillac de D 601 N te volgen komt men in Conques (zie boven).Conques wordt wel de "Haut-lieu de l'art Roman" genoemd en dat is terecht. Verscholen in de bergplooien van de gorges du Dourdou ligt het vestingplaatsje met het klooster en z'n stijle straatjes. Het leuke is dat er in het dorp nog echt geleefd wordt door gewone mensen en in het klooster lopen paters rond.

Je hebt daardoor minder het gevoel dat je in een openlucht museum rondloopt. In het klooster wordt de relikwie van Ste Foi bewaard. De schrijn is een verbazende mengeling van stijlen en materialen. Sommige delen stammen uit Keltische en Romeinse tijden. Er zijn allerlei boekjes te koop met o.a. de legende van Ste Foi. Zie Michelingids (groene gids)

Millau (90 min)

Millau (spreek uit miejo) heeft een mooi oud centrum en bruist van leven. Zeer de moeite waard is Graufesenque, vindplaats van pottebakkersindustrie uit het begin van de jaartelling.

Figeac (60 min)
Aardig stadje aan de Lot, net buiten het departement. Geboorteplaats van Champolion, de ontdekker van de betekenis van de egyptische hiërogliefen. Er is een museum dat aan hem gewijd is.